How do you say element in Dutch?
— Element


Specialized synonyms for element in Dutch
actiniumactinium (n)
airlucht (f)
argonargon (n)
arsenicarseen (n); arsenicum (n)
astatineastatium (n); astaat (n)
atop; bij
bohriumbohrium (n)
boronboor (n); borium (n)
brominebroom (n)
carbonkoolstof (n)
chlorinechloor (m)
crystalkristal (n)
dubniumdubnium (n)
earthaarde (f)
firebrand (m)
fluorinefluor (n)
germaniumgermanium (n)
hassiumhassium (n)
hehij; ie
heliumhelium (n)
hydrogenwaterstof (n)
iodinejood (n); jodium (n)
kryptonkrypton (n)
lawrenciumlawrencium (n)
meitneriummeitnerium (n)
mendeleviummendelevium (n)
metalmetaal (n)
neonneon (n)
nitrogenstikstof (f)
nonee#Dutch'nee, neen (formal)
nobeliumnobelium (n)
oxygenzuurstof (f)
phosphorusfosfor (n)
plutoniumplutonium (n)
radonradon (n)
rutherfordiumrutherfordium (n)
seaborgiumseaborgium (n)
seleniumseleen (n); selenium (n)
siliconsilicium (n)
sulfurzwavel (m)
telluriumtelluur (n); tellurium (n)
waterwater (n)
xenonxenon (n)
Generic synonyms for element in Dutch
partdeel (n)
Terms within for element in Dutch
atomatoom (n)