How do you say understand in Dutch?
— begrijpen, snappen (italbrac'“verstaan” usually means “to hear clearly”. You “verstaan” an utterance)


Related synonyms for understand in Dutch
readvoorlezen
seezien; aanschouwen; ZIEN; bekijken; bezien
translatevertalen, overzetten (archaic)
Specialized synonyms for understand in Dutch
compasskompas (n)
diggraven; delven
readvoorlezen
seezien; aanschouwen; ZIEN; bekijken; bezien
touchaanraken; beroeren; raken
translatevertalen, overzetten (archaic)
workwerken
Related verbs for understand in Dutch
pictureafbeelding (f), prent (f), portret (n), illustratie (f), plaatje, figuur
seezien; aanschouwen; ZIEN; bekijken; bezien